Na een lange warming-up deze zomer begint de marathoncampagne voor de Tweede Kamer-verkiezingen op 15 maart op stoom te komen. Ongeveer de helft van de politieke partijen heeft haar concept-verkiezingsprogramma inmiddels gepresenteerd, en anderen volgen spoedig. Wat opvalt in de al gepubliceerde programma’s is dat er – behalve in dat van D66 en de VVD – amper aandacht is voor technologie en digitalisering. Dat is jammer: als er één manier is waarop Nederland zich internationaal echt kan onderscheiden en bovendien maatschappelijke uitdagingen het hoofd kan bieden, dan is het wel door een brede digitale transformatie van economie en samenleving.
Goud in handen
Door het huidige kabinet, VNO-NCW, start-ups, het World Economic Focum (WEF): vanuit allerlei hoeken wordt continu benadrukt dat Nederland met haar ijzersterke digitale infrastructuur goud in handen heeft. Tegelijkertijd werd het politieke debat rond digitalisering de afgelopen kabinetsperiode vooral gedomineerd door discussies over problemen, bedreigingen en twijfels rond diezelfde technologie. Zo onderstreepte vice-premier Asscher dat robotisering grote veranderingen op de banenmarkt teweeg zal brengen, stonden tientallen incidenten met gelekte persoonsgegevens op de Kameragenda, en zijn er (terecht) zorgen over het ruime mandaat waarmee ambtenaren online informatie kunnen gaan verzamelen voor opsporings- en veiligheidsdiensten in wetsvoorstellen van de Ministers van Binnenlandse Zaken en Veiligheid & Justitie.
Complexe taak
Twijfel en weerstand tegenover nieuwe technologie is van alle tijden: al tijdens de industriële revolutie in de 18e eeuw vernielden ambachtslieden nieuwe weefmachines die hun werk overnamen. Ook huidige zorgen over de impact van de cloud, kunstmatige intelligentie en big data op privacy, werkgelegenheid of maatschappelijke ongelijkheid zijn begrijpelijk. De positie van beleidsmakers en politici is daarom niet te benijden: aan hen de complexe taak digitaal beleid te maken met een precaire balans tussen de veiligheid en vrijheid van burgers. En dat ook nog zonder een rem te zetten op de enorme potentie van technologie voor het aangaan van allerlei maatschappelijke uitdagingen, zoals de toenemende kosten van de zorg, een toekomstbestendige beroepsbevolking en klimaatverandering.
Evenwicht
Om een bijdrage te leveren aan het maatschappelijke debat over hoe gebalanceerd digitaal beleid er uit zou kunnen zien hebben Microsoft CEO Satya Nadella en President Brad Smith vorige week A Cloud for Global Good gepresenteerd. In dit driedelige boek wordt uitgebreid ingegaan op de manier waarop de cloud betrouwbaar, verantwoordelijk én inclusief voor de hele samenleving kan worden ingezet. Aan de hand van 78 concrete aanbevelingen op 15 thema’s, variërend van privacy en veiligheid tot duurzaamheid en kunstmatige intelligentie, wordt beschreven welke uitgangpunten politici, overheden, bedrijven en organisaties kunnen nemen om digitaal beleid vorm te geven waarmee de grondrechten van burgers, de innovatiekracht van bedrijven en maatschappelijke kansen in evenwicht blijven.
Het spreekt voor zich dat niemand – overheden, bedrijven, de wetenschap of NGO’s – in de complexe discussies over deze onderwerpen alle antwoorden heeft op alle vragen. Microsoft levert als leidend technologiebedrijf toch graag een bijdrage aan dit debat, bovenal omdat de impact van technologie op het dagelijks leven van mensen snel groter wordt. Wij nodigen Nederlandse beleidsmakers uit om er tijdens de aankomende campagnemarathon inspiratie uit te putten, net als na de finish op 15 maart bij het smeden van een regeerakkoord dat ruim baan geeft voor de digitale transformatie van Nederland.
Het boek A Cloud for Global Good is hier in een toegankelijke versie online te lezen.